Ervaringsverhalen
Elke keer vind ik het weer bijzonder om te zien dat mensen zichzelf (her-) ontdekken en zelfs fysiek kunnen ervaren dat ze anders zijn dan hun eetstoornis.Geregeld hoor ik van cliënten dat ze met dramatherapie hun eetstoornis op afstand leren zetten, zichzelf open durven stellen zonder direct te hoeven zijn en van perspectief kunnen wisselen waardoor ze andere inzichten opdeden. Niets moet en alles is goed in deze therapie.
Wieteke, dramatherapeut
Ik wist dat ik een eetprobleem had, maar dacht dat dat op zichzelf stond. Door de therapie heb ik geleerd dat de eetstoornis echt een onderdeel is van je leven, van je persoonlijkheid. De therapie is daarom niet alleen gericht op de eetstoornis, maar ook op je hele persoon. Heftig, confronterend, maar erg leerzaam. Ik heb mezelf veel beter leren kennen, geleerd om beter naar mezelf te luisteren, en mijn gevoel te volgen. Het continue gevecht met mijn eetstoornis kostte veel energie, en dat kostte het al 20 jaar. Diep in mijn hart had ik de angst dat ik het nooit zou overwinnen, maar nu kan ik zeggen dat het gelukt is! Ik ben een ander mens geworden, al ben ik dezelfde. Ik ben veel beter in balans, zit lekkerder in mijn vel. Het voelt als een nieuwe kans, een nieuwe start!.
Jacqueline, 38 jaar
Het is bijzonder als ik in mijn werk mag optrekken met cliënten en samen met hen de strijd tegen de eetstoornis kan voeren. Dat vraagt vertrouwen en een intens contact, waarin een lach en een traan vaak dicht naast elkaar liggen. Het geeft me veel voldoening als het iemand lukt om een stapje te maken in de goede richting.
Ans, sociotherapeut intensieve groepsbehandeling
Eva wilde aanvankelijk wat gezonder gaan eten, maar dat groeide binnen een paar maanden uit tot anorexia nervosa. Na een ziekenhuisopname van vijf weken en een jaar (groeps)behandeling bij het Specialistisch Centrum voor Eetstoornissen in Helmond, gaat het weer goed met Eva*. Haar ouders Tom en Lieke* vertellen over haar weg naar herstel. “Heb niet de illusie dat je het zelf thuis wel op kunt lossen, want iedere week dat je kind geen hulp krijgt, is er één te veel”, vertelt Lieke. Vader Tom vult aan: “Zo las ik dat je kind zelf wel aangeeft dat ze er klaar mee is, maar dat werkt niet zo. Eva was al te ver heen om te beseffen hoe erg ze eraan toe was. En na consulten van onze huisarts en een diëtist waren we drie maanden later nog niets opgeschoten.” Confrontatie aangaan Lieke: “Na het Jeroen Bosch Ziekenhuis, waar Eva werd behandeld door een kinderarts die gespecialiseerd is op het gebied van eetstoornissen, volgde onze dochter behandelingen in Helmond. Het hielp. Ze was niet meer het apathische meisje. Ze was weer aanspreekbaar. Tom en ik gingen het nu anders doen. We bleven onze dochter confronteren als ze weer in oud gedrag verviel. Soms was dat honderd keer per dag.” Tom: “Eva vond het verschrikkelijk dat wij haar continu in de gaten hielden, maar dat zette haar wel aan het denken.” “We hebben ook te maken gehad met een terugval”, vervolgt Lieke. “Dan werd het heel moeilijk om de motivatie op te brengen om toch door te gaan. Samen met de therapeut stimuleerden we onze dochter om toch door te zetten. De stok achter de deur was voor haar het paardrijden. Zolang ze niet een halve kilo per week aankwam, mocht ze niet paardrijden. Vorig jaar herfst zei ze tegen me: ‘Ik geloof nu dat er een knop om is gegaan, nu moet het maar eens klaar zijn.’ We waren toen een jaar verder.” “In haar ziekte loog Eva alles bij elkaar om maar niet te hoeven eten”, zegt Tom. “Ik kan niet uitleggen hoe ver ons vertrouwen in haar is geslonken. Nu ze hersteld is, hoeven we niet de hele dag bovenop haar te zitten.” “Eva zegt zelf dat het leven te mooi is om te verprutsen”, vertelt Lieke. “Je herkent haar niet meer terug. Ze is niet meer zo gesloten. Als er iets is dan spreekt ze zich uit. Eva gaat weer overal naartoe, rijdt paard en danst. Soms moet ze opletten dat ze niet haar eten en drinken vergeet door al haar bezigheden, maar daar let ze zelf op. Dat hoeven we nu niet meer tegen haar te zeggen. Ze is veel wijzer geworden door alles wat ze heeft gezien en meegemaakt..
Eva Blom (14), herstelde van anorexia nervosa
Mensen vragen me vaak wat mij boeit in het werken met eetstoorniscliënten. Uit de grond van mijn hart zeg ik dan: ik ben iedere keer weer aangenaam verrast wie er onder de eetstoornis vandaan komt. Als iemand weer aan de beterende hand is, komt hij weer tot zichzelf.
Maria, sociotherapeut intensieve groepsbehandeling
(*) Vanwege de privacy zijn de namen van Eva, Lieke, en Tom gefingeerd.